Verbouwing Lebuïnusplein

Verbouwing Lebuïnusplein. In de week van 16 september plaatst aannemer Hoornstra-Infrabouw hekken op de Nieuwe Markt en worden voorbereidende werkzaamheden uitgevoerd. De bestrating wordt van het plein verwijderd zodat het team van Archeologie 23 september met onderzoek op het parkeerterrein Nieuwe Markt kan beginnen. Begin oktober start Hoornstra-Infrabouw met de werkzaamheden in de Graven.

Nieuwe Markt

De laatste van de 3 Lebuinuspleinen wordt nu ook opnieuw ingericht. Voor de zomerkermis van 2025 zijn de werkzaamheden afgerond.

Op het plein komen 12 bomen. 9 forse bomen waarvan een aantal met een transparant bladerdek. En een drietal meerstammige lagere bomen voor Hegius.
Midden op het plein wordt een hoge lichtmast geplaatst, die verwijst naar masten uit het verleden. Verder komt er straatverlichting en gevelverlichting zoals op het Grote Kerkhof.
Het bordes van Eicas/Hegius wordt aangepast. Hier komt meer groen: plantenvakken en kleine meerstammige bloeiende bomen. En er komt een helling voor mindervaliden. Met deze aanpassingen is er meer verblijfsruimte en een terras voor Eicas.
De historische gevels van de Nieuwe Markt, Hofstraat en Graven gaan na de werkzaamheden nog meer spreken. Voor elke gevel is een individueel voorstel voor inrichting van de stoep gemaakt.
Er worden voldoende fiets parkeerplekken aangelegd.
Het terras bij St. Maxime krijgt windschermen en aan de buitenzijde openbare zitgelegenheid met prachtig zicht op de IJssel. Dit zorgt voor een fraaie entree naar de Nieuwe Markt.
Op de Nieuwe Markt komen 42 parkeerplaatsen, inclusief 2 invalidenparkeerplaatsen. In de Hofstraat worden 11 parkeerplaatsen aangelegd, waarvan 1 invalidenparkeerplaats.

Parkeren verboden

Het huidige parkeerterrein Nieuwe Markt wordt gebruikt als opslaglocatie voor materialen en keten. De komende maanden kan er niet geparkeerd worden op de Nieuwe Markt. De parkeerplaatsen in de Hofstraat zijn voorlopig nog wel bereikbaar. Hier kunt u op onze website andere mogelijkheden zien voor parkeren

Over de Lebuïnuskerk

De huidige kerk, een gotische hallenkerk, kwam tot stand tussen 1450 en 1525. Ze was rijk versierd met muurschilderingen en stond vol heiligenbeelden en altaren. Aan deze katholieke praal kwam een einde toen in 1580 de calvinisten de kerk in bezit namen en haar omdoopten tot Grote Kerk. Het interieur werd ernstig vernield en ten slotte witgepleisterd. In de kerk zijn nog op verschillende plaatsen de gevolgen van de calvinistische beeldenstorm zichtbaar.

De Engelse missionaris Lebuïnus stak in 768 de IJssel over met het oogmerk de Saksen te bekeren. Hij bouwde op een rivierduin nabij een nederzetting aan een natuurlijke haven de eerste houten kerk. In de negende en tiende eeuw was Deventer in verband met de veroveringen van de Vikingen langs de grote rivieren lange tijd de residentie van de bisschop van Utrecht. Ook in latere eeuwen behield de kerk een belangrijke status binnen het bisdom. De bisschop had een residentie pal ten noorden van de kerk. Bisschop Balderik bouwde in de tiende eeuw ter plaatse de eerste kerk van steen.

Oorspronkelijk had de kerk aan de westzijde een complex van torens. De centrale toren werd geflankeerd door vier kleinere. Na vier eeuwen werden ze in 1454 grotendeels gesloopt. De eerste steen voor de tegenwoordige toren legde men in de zomer van 1459. Voor een tweede toren ten noorden van de eerste zijn wel de fundamenten aanwezig, maar hij is nooit gebouwd.

Het bovenste gedeelte van de toren, de koepel, wordt ook wel de lantaarn genoemd. Het is een ontwerp uit 1613 van de bekende bouwmeester Hendrick de Keyser in samenwerking met Pieter Adriaensz van Delft. Gualterus Sylvanus, van 1603 tot 1619 rector aan de Latijnse school, kreeg van het gemeentebestuur het verzoek voor een tekst op vier zijden van deze koepel
De Lebuïnustoren is op geregelde tijden opengesteld voor beklimming door het publiek. De smalle spiltrap naar de tweede omgang op 46 meter hoogte bestaat uit 220 treden